Theatre Topics: Ornamenten van het Vergeten

Zoals het beoogd is blijkt Theater Topics 3 samen te vatten op vier maal A4. De thematische argumentatie is eigenlijk nogal uitdagend voor een onderwerp dat zich voorgoed op die avond, dat moment, manifesteert en zo nooit meer te beleven zal zijn. Ornamenten van het vergeten lijkt me dan een feest voor herinneren en het vervalsen ervan, om het even of de oorsprong gaat worden ontkend, of blijmoedig bijgezet en gevierd op een plek waar je toch al nooit had willen komen.
Dat laatste blijkt vervolgens dichterbij dan je had durven hopen toen je de opsomming tegenkwam van wat als inhoud verwacht wordt. Wie weet vallend onder het nieuwste studie-produkt dat past binnen de term ‘Practice Based Research’, en van een wetenschappelijk waarmerk voorzien. Diepzinnig, goed onderzocht, terecht verwoord, maar vooral nog niet duidelijk waartoe het wellicht een steentje kan bijdragen. Aan wat bijvoorbeeld? Als zou Theater als puntje bij paaltje komt inderdaad slechts een vergeten ornament blijken te zijn, in plaats van de ingrijpende schok van herkenning? Die avond dat je erbij was toen je ziel werd ontredderd? Of dat je je gezegend voelde, en toen niet en nooit niet, de juiste woorden kon vinden om dat te verklaren?
Liegen alsof het gedrukt staat lijkt me typisch des theaters, maar de hemel beware je als het gedrukt wordt. Daar zijn weliswaar uitzonderingen op. Maar zoals de wereld, en de mens daarin, zich ontwikkelt, wie weet niet zo lang meer.  1984 (als beschreven door Orwell) is nu al kinderspel vergeleken met 2007. Hoe Topics 3 zich zal laten lezen is nu gissen. Zwaar op de hand, gis ik. Ik hoop dat de voorziene statements, de ornamenten van het vergeten, gevraagd om hun bronnen van inspiratie, in deze context op het randje van frivool terecht zijn gekomen.

In 1983 (met nog ruimschoots Mickery - zogenaamd Avant Garde theater opererend vanaf 1965 tot en met 1990 in Loenersloot en Amsterdam ) waren enkele van de genodigden vertegenwoordigd in het theaterprogramma van Mickery. Dat zijn Janjoris Lamers, Beppie Blankert, Jan Lauwers, Jan Fabre, en Jan Decorte. 1983 was ook het jaar dat Janjoris cs afscheid nam van het Onafhankelijk Toneel en Toneelgezelschap Maatschappij Discordia begon. (In Mickery dat jaar met “Der Schein Trügt”)
Het is dan ook Maatschappij Discordia die ik naar voren wil schuiven ‘als bron van inspiratie’. Voor iemand die vanaf 1965 op avontuur ging met Mickery kan dat incongruent lijken. Maar vooral met het in de jaren groeiend aantal momenten van twijfel, was de verschijning op het strijdtoneel van Discordia voor mij een geschenk uit de hemel: alleen al door te weten dat het er was en waar het voor stond.
Jac Heijer (een voor het theater van levensbelang opererende criticus die van 1970 tot 1990 het theater met meer dan drieduizend artikelen begeleidde) schreef in 1986 een ‘rondleiding voor gevorderden langs oude en nieuwe toneelteksten in ‘Het Atelier’, Theatraal Gewetensonderzoek bij Discordia. Zijn recensie eindigt zo: “De onbedaarlijke stemming slaat om in de laatste scène, een fragment uit de Theatermaker van alweer Bernhard. Lamers en de Koning zitten, dicht tegen elkaar gekropen, in twee lederen crapauds. Met het lange haar voor zijn ogen, dwingt Lamers zijn trouwe makker tot de uitspraak, dat hij (Lamers) de beste toneelspeler van de wereld is. Verdwenen is de afstandelijke speelstijl van vroeger. Hier zit een regisseur, verstrikt in zijn herinneringen en in een totale depressie te tobben over zijn bestaansrecht in het theater. Het fragment wordt niet alleen ongelooflijk mooi gespeeld, de werking stijgt boven een willekeurige Bernhard-interpretatie uit. Het werkt als een portret van de serieuze theatermaker in staat van crisis en ook als onthutsend eerlijk zelfportret van  Lamers en zijn groep”.

Aan het ornament voorbij herinner ik me dus Discordia. Dat kost geen enkele moeite, ook al bestaan ze nog. Een bestaan ook, aan subsidie voorbij, omdat de subsidiegever er niet het juiste hokje voor heeft kunnen vinden. Dat is ook des te lastiger als Discordia – maar wie herinnert zich dat nog – mede aan de wieg stond van tg Stan, ditto ditto, De Roovers, ‘t Barre land, en Dood Paard, en met deze frisse theater groepen regelmatig werkt op het scherp van de snede.
Enfin, mijn  inspiratie haalde en haal ik uit Discordia. Geen ornamenent, geen herinnering maar springlevend. De vraag reist of ze nu al wel in Topics thuishoren? Verdienen doen ze het wel.


Ritsaert ten Cate is beeldend kunstenaar, theatermaker, schrijver, producent. In 1965 nam hij het initiatief tot oprichting van Mickery, centrum van avant-garde theater, dat tot en met 1991 bestond in Loenersloot en Amsterdam. Daarna was hij tot begin jaren negentig directeur van DasArts, tweede fase opleiding. Zijn beeldend kunstwerk en installaties zijn in talloze tentoonstellingen getoond, nationaal en internationaal.
website: www.touchtime.nl




Amsterdam (NL)

31

Amsterdam University Press